Veiligheid voorop: waarom Bredenoord kiest voor type B-aardlekschakelaars
Op steeds meer bouwplaatsen wordt elektrisch gewerkt. Dat hele machinepark moet worden voorzien van stroom en om dat veilig te doen kiest Bredenoord voor installaties met type B-aardlekschakelaars. Productmanager Kasper Keukens legt uit waarom dat nodig is.
“Tot een aantal jaar geleden was het type A aardlekschakelaar de standaard, en dat was ook voldoende”, legt Keukens uit. “Daar is de laatste jaren een grote verandering in gekomen. Steeds meer machines worden elektrisch. Dat is geen probleem zolang het om wisselspanning gaat. Op de bouw wordt echter steeds meer DC gebruikt. We kennen dat al van de laadpalen en de zonnepanelen en dat zijn dan ook de toepassingen waar we al langer een type B-aardlekbeveiliging tegenkomen. Een type B aardlekschakelaar is een combinatie van type A en heeft een extra meetcircuit om DC stromen te kunnen meten.”
Verzadiging
Ook geeft de leverancier van dergelijke installaties soms een 6mA-verklaring af, wat inhoudt dat de gelijkstroom in die betreffende installatie nooit hoger kan zijn dan 6 milliampère. In zo’n geval volstaat een type A aardlekschakelaar, aldus Keukens. “Vanaf 6 mA werkt een aardlekschakelaar van het type A niet meer en kunnen er dus gevaarlijke situaties ontstaan. Zoiets noemen we een verzadiging van het aardleksysteem, de fouten worden dan niet meer goed gedetecteerd. In het ergste geval kan iemand die een kabel of een metalen deel van zo’n installatie aanraakt, een behoorlijke optater krijgen. Bij een goed functionerende aardlekbeveiliging wordt dat risico voorkomen.”
Stroomversnelling
Binnen Bredenoord is er een werkgroep die de mogelijke risico’s in kaart brengt en onderzoekt hoe de veiligheid kan worden verbeterd. Daarmee is goed gekeken naar Duitsland, waar de eisen wat scherper zijn dan in Nederland. “Daar moeten alle elektrische installaties op een bouwplaats standaard voorzien zijn van een type B aardlekschakelaar. In Nederland is dat nog een grijs gebied. Dat is niet zo vreemd, want er heeft een enorme stroomversnelling plaatsgevonden met de elektrificatie van bouwmaterieel.” Een grote uitdaging voor bedrijven als Bredenoord, want die leveren allerlei componenten voor zo’n elektrische installatie, maar kunnen niet zien wat hun klanten daar precies op gaan aansluiten en wat er allemaal op die bouwplaats gebeurt. Keukens legt uit wat de mogelijke gevolgen zijn.
Lekstroom
“Onze installaties die voor de Duitse markt zijn uitgerust met een type B-aardlekschakelaar worden ook wel in Nederland ingezet. Het is al een paar keer gebeurd dat we hem terugkregen met de klacht dat de aardlek er steeds uitvloog. Toen we hem vervingen voor een kast met een type A-aardlekschakelaar functioneerde alles weer.”
Mooi, zou je zeggen, probleem opgelost. Maar tijdens onderzoek bij Bredendoord bleek met de eerste kast niets mis te zijn. “Toen gingen bij ons wat alarmbellen rinkelen en wat bleek? In de installatie op de bouwplaats was een lekstroom die door de type A-kast niet was gedetecteerd. Gelukkig zonder ernstige gevolgen, maar die hadden er wel kunnen zijn.”
Sindsdien heeft Bredenoord een beleidsdocument opgesteld waarin gebruikers wordt gevraagd wat ze precies gaan doen met hun installatie. Ook wijst Bredenoord op de mogelijke risico’s bij onjuist gebruik. “Zolang er geen duidelijke wet- en regelgeving is kunnen klanten voor het gemak besluiten om een installatie met een type A-kast te huren, omdat ze hebben gehoord dat die minder storingsgevoelig is. Maar de realiteit is dus anders: een type A heeft een blinde vlek voor DC-lekstromen die door een type B wel worden opgemerkt.”
Bredenoord doet zijn best om de wetgevende instanties ervan te overtuigen dat de regels voor het gebruik van elektrische installaties op bouwplaatsen moeten worden aangescherpt, zegt Keukens. “Helaas is het nog steeds zo dat niet alle apparatuur die momenteel op de markt komt zo veilig is als het zou moeten zijn. Brancheverenigingen onderkennen het probleem en hameren nu op investeren in kennis over elektrisch werken, maar uiteindelijk moet de overheid hiervoor beleid gaan maken. Trial and error is niet echt een optie als je met hoogspanning werkt.”
Kennis
Als het gaat om de afzonderlijke machines dan is er bij de aannemers al veel kennis in huis, merken ze bij Bredenoord. “Zodra de eerste elektrische graafmachine in gebruik wordt genomen, dan heeft zo’n bedrijf machinisten en monteurs nodig met kennis van elektrische machines. Aanvullende opleidingen kunnen hier een oplossing zijn. Het probleem ontstaat op de bouwplaats, waar soms meerdere machines van verschillende merken en verschillende bedrijven tegelijk draaien. Er zijn echter geen duidelijke regels over wie het overzicht en de verantwoordelijkheid voor de complete elektrische installatie heeft. Daar moet verandering in komen.”
Testival
De elektrische revolutie op de bouwplaats is enorm snel gegaan. Daardoor is het verleidelijk om te denken dat alles mogelijk is. Volgens Keukens wordt daarmee voorbijgegaan aan de complexiteit van een elektrische bouwplaats en al zijn potentiële storingsbronnen. Het belang daarvan wordt inmiddels wel steeds breder onderkend, stelt Keukens vast. “Elaad is nu bezig met een onderzoek naar de mate waarin elektrische apparaten op elkaar zijn afgestemd. Op een zogenaamd ‘testival’ kan iedereen zijn materiaal laten testen. Een elektrisch apparaat, of dat nu een complete graafmachine of een klein handgereedschap, kan altijd een defect hebben. Een type B-aardlekschakelaar voorkomt dat hierdoor échte problemen ontstaan.”